Verhaal-Bombardement

Engeland, 5 oktober 1942:
Het weer om 9.15 uur: regen en laaghangende bewolking; om 12.15 uur: opklaringen die zich naar het zuiden uitbreiden; 16.10 uur: nog verdere uitbreiding van de opklaringen tot aan de lijn Felixtowe-Lizard. Ten noorden hiervan verwacht de geallieerde luchtmacht tot ver na middernacht een heldere hemel, belangrijk voor terugkerende toestellen. Besloten wordt een bombardementsvlucht op Aken uit te voeren. In verband verwachte bewolking boven het doelgebied moet de aanval iets worden vervroegd. Tussen 19.09 en 19.40 uur stijgen van verscheidene vliegvelden 257 toestellen op voor de vlucht. Voorop de pathfinders die het doel zullen markeren met lichtkogels. Maar slecht weer bemoeilijkt de vlucht en een aantal pathfinders bereiken het doelgebied niet. De toestellen waaieren uit over een groot gebied.

Geleen:
Om 21.42 uur krijgt de commandopost van Staatsmijn Maurits van de lucht-bewakingscentrale / Luftschutzcentrale het sein luchtgevaar door. Er wordt een waarschuwingssignaal gegeven: vliegtuigen in aantocht.
Er mag geen cokesoven meer worden leeggedrukt om te voorkomen dat gloeiende sintels licht uitstralen. Om 22.10 uur hangen ten westen en noordwesten plotseling tientallen lichtkogels in de lucht boven Geleen. Vlak na het luchtalarm van 22.15 uur vallen fluitend bommen naar beneden. De ontploffingen worden steeds talrijker en heviger. Op verscheidene plaatsen breekt brand uit. Telkens weer draaien vliegtuigen boven Geleen en laten nieuwe ladingen bommen vallen.

Geleen verandert in een hel. Huizen storten in. Puin wordt rondgeslingerd en stofwolken hangen als een dichte mist over de brandende stad. Eindelijk, omstreeks 23.10 uur, vermindert het geweld. De vliegtuigen vliegen weer weg, dood en vernieling achterlatend. Ondergronds in de Maurits zitten mijnwerkers opgesloten. Schachtliften werken niet meer. Noodgedwongen beginnen ze aan een lange klimtocht naar boven. Wonder boven wonder volbrengen ze die zonder ongelukken. Pas om 10.30 uur de volgende morgen ziet de laatste mijnwerker weer daglicht.

Bij het bombardement van Geleen waren circa dertig vliegtuigen betrokken. Er vielen 36 brisantbommen*.  Vijf ervan zijn voltreffers in de Eindstraat, Vuling, Minister Ruysstraat, Nachtegaalstraat en Romaniestraat. De andere bommen vielen in het open veld en enkele bommen kwamen niet tot ontploffing. Verspreid over de hele gemeente zijn verder circa twaalfduizend staafbrandbommen afgeworpen en driehonderd fosforbommen.

Brandweerkorpsen uit alle grote Limburgse plaatsen, zelfs uit Den Bosch, Tilburg, Breda, Nijmegen, Rotterdam en Aken, verlenen assistentie in Geleen en op de Staatsmijn Maurits. De aanvallers zijn door het slechte zicht zo verspreid geraakt, dat in heel Zuid-Limburg slachtoffers vallen. Een van de pathfinders verklaart bij terugkomst op de basis: We hadden geen flauw idee waar we ons bevonden.

De actie heeft in Zuid-Limburg ongeveer honderd levens geëist, waarvan 83** in Geleen. Onder hen was een twaalfjarige, waarschijnlijk joodse, jongen die als onbekend slachtoffer is begraven. Er is geen overlijdensakte van hem opgemaakt. Verder vielen dodelijke slachtoffers in Beek (1), Schimmert (3), Heerlen (7) en het gehucht Aalbeek (2).

Geleen telde 22 zwaargewonden. 59 woningen lagen in volledig puin, 227 woningen waren zwaar beschadigd, 103 daarvan moesten worden gesloopt. 528 woningen kenden zware of lichtere schade. En 1728 woningen hadden dak- en glasschade. Naast de al genoemde straten waren de Groenstraat, Rijksweg-Zuid, Geenstraat en Annastraat zwaar getroffen. Drieduizend inwoners waren dakloos, ongeveer twintig procent van de bevolking. Slechts één vliegtuig heeft zijn bommen boven Aken gelost, het eigenlijke doel van de aanval. Bij Maastricht stortte een Wellington bommenwerper neer en kwamen vijf bemanningsleden om het leven en werd er één gewond gevangen genomen. Bij een vuurgevecht boven Brunssum explodeerde een bommenwerper. De wrakstukken en lijken van de bemanning kwamen verspreid over die gemeente neer. In alle plaatsen van Zuid-Limburg was schade door brisant- en brandbommen. Wat het bombardement van Geleen ging heten, was een nacht van verschrikking voor heel Zuid-Limburg. ‘Een nacht die je als een nachtmerrie blijft achtervolgen’, liet een inwoner van Geleen optekenen. Geleen beleefde de zwartste dag uit zijn historie.

De gevolgen kun je hier zien:

* Brisantbom: Dit type bom bestaat uit een hoeveelheid springstof in een stalen mantel die is voorzien van staartvinnen. Deze vinnen zorgen voor een stabiele val. De ontsteking gebeurt door een of twee schokbuizen na aanraking met het doel, of de omgeving. Bij de ontploffing die hierop volgt, wordt het omhulsel in kleine splinters gereten die met een snelheid van ongeveer 1500 meter per seconde worden weggeslingerd. Een bom van 12 kg produceert circa 1000 splinters. Verder zet de drukgolf zich voort in de omgeving en oefent hierbij een verwoestende werking uit. De dodelijke splinterwerking is, afhankelijk van het gewicht, effectief in een straal van 300 meter, terwijl door de luchtdruk muren in een straal van ruim 50 meter laat instorten.

 ** 83 doden, uit later (2016) onderzoek is daar een 84e dode aan toegevoegd.


Voor meer informatie over dit onderwerp, zie Literatuur -Werkgroep Geschiedenis,
– Het bombardement van Geleen, Tijdschrift Heemkunde Vereniging Geleen 1982-3. -Huub Clerkx e.a. (redactie),
– Het bombardement va n Geleen, 5 oktober 1942. ‘Het hele verhaal’ (Geleen 2012) Tekst: Wim van Bergen (2001), beknopt opgenomen in Math Vleeshouwers Ach Lieve Tijd Sittard-Geleen-Born (Zwolle 2001- 2002) 97-100